woensdag 23 april 2008

Bank

[Drie scenes uit 'Bank' (werktitel).
Drie jong volwassenen zijn van plan een bank te overvallen.
Een stuk over doen en niet doen en alle redenen die daarvoor zijn.]


Scène 2

(Ramon en Liza zitten op de bank tv te kijken. Ze kijken naar discovery channel en zijn erg gebiologeerd door het programma dat over het openbaar vervoer gaat.)

Harko:
Vandaag zat er een man in de tram.

Ramon:
Goh.

Harko:
Ik was nog niet uitgepraat.

Er zat een man in de tram.

Ramon:
Dat zei je net ook al.

Harko:
Ik begon opnieuw.

Ramon:
Niet doen.

Harko:
Er zat een man in de tram.

Ramon:
Repeat.

Harko:
Er zat een man in de tram

(Ramon loopt naar de keuken)

Harko:
Ramon!

Ramon:
Liza? Wil je koffie?

Harko:
Liza is er niet.

Ramon:
Heet jij Liza?

Harko:
Nee.

Ramon:
Harko? Wil je thee?

Harko:
Koffie.

Ramon:
Dan niet.

(Ramon komt terug de kamer in. Harko loopt naar de keuken)

Harko:
De koffie is op.


Scène 3

(Ramon , Harko en Liza zitten op de bank tv te kijken. Ze kijken naar discovery channel en zijn erg gebiologeerd door het programma dat over kluizen gaat.)

Harko:
Vandaag zat er een man in de tram.

Ramon:
Alweer?

Harko:
Ja.

Ramon:
Gister ook al.

Harko:
Ja.

Ramon:
En?

Harko:
Er zat een man in de tram.

(stilte)

Ramon:
Ja?

Harko:
Dat was het.

Ramon:
Sukkel.

(stilte)

Liza:
Ik snap hem niet.


Scène 4

(Ramon, Harko en Liza zitten op de bank tv te kijken. Ze kijken naar discovery channel en zijn erg gebiologeerd door het programma dat over vampieren gaat.)

Liza:
Eerst gnuif ik die ranzige parfum diep in.
En dan kots ik het recht in d’r gezicht uit.
Ik hijg in haar nek, totdat ze blauw ziet van de knoflook walm.
Ik ben natuurlijk geen echte, dus van te voren eet ik zoveel döner met knoflook- saus als ik maar kan.
Dan brokkelt ze zichzelf onder, hap ik in haar enige stukje vel dat nog niet onder
de uitgespuugde etensresten zit en bijt door alsof ik een school witte haaien ben
die op het punt staan elkaar op te eten.

Ramon:
Nou, nou.

Liza:
Ik scheur haar kop er af, d’r spieren knappen één voor één los en uiteindelijk
knoept haar ruggengraat ook kapot. Dit alles zodat ze nog net leeft.
Ik trek haar tanden er met een knarsend geluid stuk voor stuk uit en ontwricht
haar neus. Ik til d'r aan haar oren op, heel langzaam zodat ze lekker uitrekken,
dan laat ik los en valt ze met een harde klap op de grond.
Als finishing touch ruk ik haartje voor haartje uit haar hoofd en stop de bos in
haar mond.
...
Iemand nog koffie? Ik moet toch naar de WC.

(Liza af)

vrijdag 18 april 2008

Krassen

Met mijn schaatsen aan de voet
En de kramp al in de benen,
Zet ik mijn eerste stap op ijs
Zonder een stoeltje mee te nemen.

De vrieskou schuurt mijn huid
Mijn handen breken open,
En mijn lippen barsten los,
Ik voel me nu al best gebroken.

Een eerste beweging en ik glij uit,
En ik wil het zo graag kunnen,
Maar nooit geleerd is snel verleerd,
Omdat het altijd anders is.

Het ijs is dun en glad,
Of hard en bot
En hoe ik wend of keer,
Ik ga telkens toch weer plat.

Met elke tocht die ik begin.
Teken ik weer krassen in het ijs.

woensdag 16 april 2008

Ik moest me maar eens binden

Ze heten Scarlett en Stella.
Mijn nieuwe pronkstukken.
Mijn levende wezens.
Mijn boegbeelden van dierlijke driften.
Mijn slachtoffers van moedergenen.
Mijn ultieme kamerversiering.
Mijn schone praatpalen.

Stille wateren, diepe gronden.

Ik heb mijn leven opgevrolijkt met twee goudvissen.

Het was zo:
Mijn moeder was zielig want ze was naar de tandarts geweest. Ze had een verdoving gehad en wilde graag opgevangen worden door iemand die gegarandeerd voor gezelligheid of liefde zou zorgen. Wie beter dan: Ayla loving Schneiders.
We drinken thee. Ik praat veel over mezelf zodat mijn moeder met haar verlamde wang niet zo veel hoeft te zeggen.
We drinken soep. Ik praat veel over mezelf zodat mijn moeder met haar verlamde wang niet zo veel hoeft te zeggen.
Op een gegeven moment gooi ik zomaar, vanuit het niets, een balletje op.
“Misschien wil ik wel een vis.”
“Moet je doen.”
Moet je doen, moet je doen. Makkelijker bedacht dan gedaan. Moet je doen, moet je doen.
Ineens vliegt het me naar de keel! Een aquarium! Een zuurstofplantje! voor de Oxi! de vissen moeten ook ademen, of kieuwen of, oxide SNEL! En een netje! en een huisje! om in te schuilen voor de grote boze mensen wereld! of verstoppertje te doen met z’n tweeën! want JA, ik moet TWEE VISSEN. Anders zijn ze eenzaam! En dan doen ze verstoppertje en als ze tot 4 hebben geteld weten ze niet meer dat ze tot 4 hebben geteld want ze hebben een geheugen van 4 seconde! AH WAT ZIELIG!!

Mijn moeder heeft gelijk door wat de situatie is:
“Alles komt goed.”
“Alles komt ook goed.”
Ik hijg nog na.
“Oké.
Eerst twee vissen.
Dan een muisje.
Dan een hamster.
Dan een cavia.
Dan een katje.
Dan een hondje.
Dan een paard.
Dan een kind.”
“En tussendoor wat mensen.”
“En tussendoor wat mensen.”

Mijn moeder lacht en roept wat in de trant van: nou en als die vis een keer meer of minder blupt, de wereld vergaat echt niet.

“Echt niet?”
“Echt niet.”
En zo was het.

zaterdag 12 april 2008

Raadseltje

Welke hoort niet thuis in dit rijtje?

Inleiding.

Voorafje.

Opening.

Intrede.

Jij.

Aanvang.

Aanhef.

Start.

Intro.

Bovenaan.

Eerste gedeelte.

Deel 1.

Introductie.

Hoofdstuk 1.

...

Jij , want met jou was er geen beginnen aan.

woensdag 9 april 2008

Afwasje

Ik doe net alsof hij er niet staat.
Gewoon rustig langslopen.
Gewoon lekker koken.
Gewoon fris glaasje water voor mezelf inschenken.
Gewoon beetje googlen.
Gewoon wat schrijven.
Gewoon even lezen.
Het is ook zo’n kleintje.
Kijk ik zo overheen.
Kijk ik zo langsheen.
Kijk ik zo doorheen.
Hij is gewoon niet mij type.
Misschien ziet iemand anders hem wel staan.

maandag 7 april 2008

Vogels

Uit het raam zie ik zwermen vogels.
Ze vliegen niet, ze zweven met hun poten over de grond,
Communiceren met armen en benen,
Geleiden gevoel via geluid.

Langzaam steek ik mijn armen uit.
Buiten waait het stormen vogels.
Ik kan nu nog proberen te vluchten,
Nu ik de vogels heb gezien en nog niet gevlogen heb.
Nu ik alleen nog maar,
Één arm,
Één vleugel heb gespreid.
Ik zou nog kunnen verdwalen in mijn eigen lucht,
Mijn eigen vlucht.

Je zult er versteld van staan,
Hoe de dag er morgen uit ziet.
Wordt je weer wakker in een andere wereld.
Misschien is hij leuker, misschien is hij ondraaglijk.
Misschien is hij een zij.
Misschien draait ie een andere kant op.

Maar voor altijd:
Twee armen,
Twee vleugels,
En de dag is van jou.

Ik vroeg eens aan mijn moeder: 'Wat gebeurd er als de voorste vogels in de ‘v’ de weg kwijt raakt?'
‘Dan neemt een andere vogel het over, of ze gaan allemaal hun eigen weg.'

dinsdag 1 april 2008

Hoofdmenu

1
2
3
3


Welkom in het hoofdmenu.
Het is vandaag:
Een dag.
Die dag was het gister niet.
Vandaag is het een dag later dan gister.
Vandaag is vandaag.
En vandaag:

Heeft u geen nieuwe berichten.
U heeft geen nieuwe berichten.
U heeft geen berichten die u nog niet heeft beluisterd.
U heeft geen berichten die u heeft opgeslagen.
U heeft geen oude berichten.

Wij spelen nu uw berichten af.
U heeft geen berichten dus wij spelen niets voor u af.
Dit was u laatste bericht.
U heeft geen laatste bericht dus wij spelen niets voor u af.
U kunt voor hulp altijd drie in toetsen.

Dit was ons laatste bericht.

3

Welkom in het menu van ‘veel gestelde vragen’.
Voor andere veel gestelde vragen toets zes.
Verder hebben wij geen informatie voor u.
Tevens hebben wij geen berichten voor u.
Evenzo als dat wij geen menu meer hebben.

6

Wij laten u nu meer gestelde vragen horen.
Er zijn geen veel gestelde vragen.
Er zijn geen vragen.
Om dit gesprek te beëindigen toets 9.
Om de veelgestelde vragen te beantwoorden toets 1.

1




Er zijn 6,5 miljard wachtende voor u.